De Schierstins

Het enige bewaard gebleven torenkasteel van Noord-Nederland staat in Feanwâlden: De Schierstins.

De uit 1300 stammende verdedigingstoren heeft de eeuwen getrotseerd en mag nu van onder tot boven bewonderd worden. Sinds de 18e-eeuw is er ook een aanbouw met exposities en een historische kamer over de schrijver Theun de Vries. Het hele jaar door is de Schierstins open, zes dagen per week. Alleen maandags, op 1e Kerstdag en Nieuwjaarsdag is het gebouw gesloten.

De toren – in Friesland stins genoemd – is gebouwd door mensen van adel, die echter niet genoeg geld hadden voor een groot kasteel. In de vijftiende eeuw kwam de stins in handen van het klooster Klaarkamp. Vanwege de grijze, ‘schiere’ monniken van het klooster kreeg het torenkasteel de naam Schierstins.

Vanaf omstreeks 1600 was het torenkasteel in handen van de elite. Adellijke mensen, een kolonel, professoren, een rijke koopman-burgemeester en dokter bewoonden het kasteel met aanbouw. Maar dat was voornamelijk in de zomer. Dan konden de eigenaren genieten van het later gesloopte park en de boomgaard achter de stins.

Net na 1900 was de stins een bouwval. Omdat het ging om het laatste torenkasteel van Friesland, kwam er rijkssubsidie voor de restauratie. Daarna werd de Schierstins het onderkomen van het postkantoor en de postkantoorhouder. Tijdens de Duitse bezetting gebruikten de soldaten de toren als uitkijkpost. Na de oorlog volgde een tweede restauratie. Sinds 1987 worden in de Schierstins huwelijken gesloten, exposities georganiseerd (historie en kunst) en concerten en lezingen gehouden. De voornaamste expositie gaat over de historie van de Friese stinzen en de historie van De Schierstins: ‘Het Laatste Friese torenkasteel’.

Voor de kinderen is er een speurtocht.

Sinds 2015 kan er koffie gedronken worden in de nieuwe foyer, die uitzicht biedt op de tuin en vergezichten biedt over de weilanden. De tuin is bijzonder vanwege zijn stinzenplanten, die in het voorjaar bloeien en veel tuinliefhebbers trekken.